Ontdek de poëtische wereld van Paul Van Grembergen. Met een passie voor taal en een liefde voor expressie, verkende hij de diepten van de menselijke ervaring door middel van zijn gedichten. Lees hieronder een aantal van zijn gedichten.
In mijn hoofd leeft de stad Utopia
De stad op de berg.
Met Burgers die hoofs en rechtlijnig
Het Algemeen Belang vooropstellen
In Oude Tijden bouwde men zo
De Gemeente,
Met een onkreukbare Gemeenteraad
En Burgemeesters en Schepenen
Die Nobel zijn.
In mijn hoofd leeft zo’n stad.
Daarom maken wij bruggen.
Dit is een tijd van samenwerken.
In mijn hoofd leeft de stad Utopia
De stad op de berg.
Met Burgers die in een open geest
de discussie over hoe goed besturen aangaan
En het ernstige en vertogen woord onderscheiden.
Van een overvloed aan uitgestrooide lucht,
Beloften waarbij sjacheraars op een tafel staan
En de gemeente willen sturen.
Op basis van herbergpraat
En met lawaai van toeters.
Daarom, dit is geen tijd voor geroep.
Dit is een tijd van samenwerken.
In de schelp van mijn oor
zingt de elegie van kinderen
uit Tweestromenland.
Aan de oever van de Eufraat
lopen zij blootvoets
het roerloze water in, dat plots opspat.
De heldere lach van jongens
galmt over de stroom
naar de gouden Moskee.
Geurende oleanders omzomen het terras
van de witte man
die munttee uitgiet
in een gewijd gebaar van laag tot hoog
hij groet zijn hand op zijn hart.
Tussen de minaretten van Bagdad
klinkt de Moëddzin als een klaaglied,
waarop duizend mannen uit Mesopotamië knielen.
In de schelp van mijn oor
zingt de Tigris
hier ligt het paradijs
zegt mijn geheugen.
Zopas heb ik ogen ontmoet
Waarin bomen groeien
en mijn blik gelegd
in het ivoor
van de amandeliris
Een sliert van verboden
vlekt de huid van oker
en sluiert elke vinger
in zijn toetsenspel
op de piano
die we allen zijn
Een oogopslag in elkaar
voorzichtig
het lijkt wel heiligschennis
Zopas heb ik ogen ontmoet
waarin bomen groeien
Ik nam onmiddellijk afscheid